Review: Dead Island: Riptide – Dead Island was voor mij dé teleurstelling van 2011. Aanvankelijk zag het ernaar uit dat de zombiegame een gevoelige snaar zou gaan raken, maar het contrast tussen de werkelijk verbluffende (en hoogst emotionele) CGI trailer en het uiteindelijke product kon niet groter zijn. Veel mensen waren terecht verontwaardigd dat Dead Island niet meer bleek te zijn dan het zoveelste spel met zombies. De flinterdunne verhaallijn en bijbehorende bordkartonnen personages hielpen de titel ook niet veel verder. Begrijp me niet verkeerd; Dead Island was best een toffe game. Het had alleen zoveel meer kunnen zijn. En dat gaat, zelfs na het duchtig aanpassen van onze verwachtingen, ook op voor Dead Island: Riptide.

Zwak uitgewerkt verhaal

Dead Island: Riptide mag dan wel als aparte game verkocht worden, eigenlijk is het niet meer dan een veredelde uitbreiding. Het aantal nieuwe features ligt belachelijk laag, de omgevingen lijken bij momenten wel erg hard op die uit het eerste deel en het verhaal is… wel nog steeds de term “verhaal” niet waard. Op het einde van de eerste Dead Island zag het ernaar uit dat de redding nabij was voor de vier idioten, die dankzij een overdosis dom geluk immuun bleken te zijn voor de zombieplaag. Zodra de overlevenden echter voet zetten op een militair schip dat deel uitmaakt van een defensieve gordel rondom de besmette eilandengroep, worden ze zonder pardon gearresteerd en ingezet als proefkonijnen in een sinister laboratorium.

Hier maakt het viertal ook kennis met een gloednieuw personage: de Australiër Johnny, die eveneens over een stel ijzersterke immuuncellen blijken te beschikken. Gedurende een nachtelijke storm breekt de hel echter uit op het schip. Op de één of andere manier is het zombievirus aan boord geraakt en voor je precies weet wat er aan de hand is, ben je alweer ondode schedels aan het inslaan. Het stuurloze schip stevent recht op een tweede eiland van de archipel af en boort zich genadeloos in één van de parelwitte stranden die dit “paradijs” rijk is. Onze “helden” overleven de ramp uiteraard en merken al snel dat ook dit eiland barst van de zombies. Hun doel is even eenvoudig dan de vorig keer: zo snel mogelijk ontsnappen.

En dat laatste mag je, op verhaalvlak dan, letterlijk nemen. Eén van de soldaten waarschuwt je namelijk dat de overheid op het punt staat om de eilandengroep in stof te laten opgaan met een kanjer van een atoombom en aangezien jij immuun bent, mag jij je nek uitsteken om zoveel mogelijk mensen een gruwelijk voortijdig einde te besparen. Klinkt misschien interessant op papier, maar dat wordt het – verrassing! – eigenlijk nooit. Wie The Walking Dead op een tropisch eiland had verwacht, komt bedrogen uit, al kunnen we ons niet voorstellen dat iemand na het spelen van het eerste deel nog dat soort verwachtingen koestert. Ook de verhaaltjes die de zijmissies van context voorzien hebben erg weinig om het lijf.

Weinig vernieuwingen

Goed, voor het verhaal moet je het niet doen. Op vlak van gameplay treffen we eveneens weinig verbeteringen aan. Je personage – mensen die dat willen kunnen hun character uit de eerste Dead Island importeren – hakt, slasht en trapt zich nog steeds een weg door hordes ondoden en laat zich nog steeds even ongemakkelijk besturen. Oh, je went er wel aan dat de controls niet altijd even responsief zijn, dat het soms wel erg moeilijk wordt om een slag juist te timen en dat het vechtsysteem mede door het gebrek aan een blokknop bijzonder weinig diepgang heeft, maar dat wil niet zeggen dat we deze minpunten door de vingers kunnen zien. Games als Skyrim en zelfs Condemned 2 hebben first person mêlee combat veel beter onder de knie.

Na een ongemakkelijk eerste halfuur leer je omgaan met de gebrekkige besturing en na verloop van tijd let je er niet meer op. Zombies afmaken blijft immers een leuke bezigheid en Dead Island: Riptide slaagt er net als zijn voorganger in om bijzonder verslavend uit de hoek te komen, zonder ooit echt kwalitatief sterk te zijn. De hoeveelheid beschikbare wapens zitten daar zeker voor iets tussen. Daar werden dit keer enkele zeldzame toppers tussen gestoken die zeker het uitproberen waard zijn. Probeer bijvoorbeeld zeker de kettingzaag eens uit, die – als je even wegdenkt dat het ding vreemd genoeg amper geluid maakt – erg bevredigende resultaten oplevert. En neen, dat gele ding is geen haardroger, maar een nagelschieter.

Vuurwapens zouden krachtiger moeten zijn in Riptide – in Dead Island waren deze namelijk wel érg onbevredigend – maar daar hebben wij alvast niets van gemerkt. Ja, je hebt meer munitie, maar daar stopt het dan ook. Het draait echter nog steeds om de mêlee wapens en daar valt best wel wat lol mee te beleven, vooral wanneer je merkt dat je nog steeds vlot botten kan breken en ledematen kan afhakken. De schade die je toebrengt aan de levende doden is heerlijk goor en bovendien voorzien van enkele vette geluidseffecten. Het klinkt bijzonder psychotisch, maar wij kregen er geen genoeg van. Nieuwe zombietypes zoals de Drowner, die op het water drijft en wacht tot je dicht genoeg bent om je aan te vallen, houden het geheel ook wel even interessant.

Boten zorgen voor een nieuw vervoermiddel en Techland heeft ook wat verse scenario’s aan de game toegevoegd in een poging om de franchise interessant te houden. Zo tref je her en der verspreid over het eiland verschillende Dead Zones aan, waar je een kleine ruimte van zombies moet ontdoen. Geregeld zal je overigens ook een kamp met overlevenden moeten verdedigen. Dit doe je onder andere door het bouwen van barricades, wat bewijst dat ze bij Techland erg goed naar Call of Duty: Zombies gekeken hebben (al wordt het concept hier een stuk minder goed uitgewerkt). Zoals je ziet bevat Riptide wel wat nieuwigheden, maar niet genoeg om te voorkomen dat het geheel na enkele uurtjes al repetitief begint aan te voelen.

Grafisch oké

De omgevingen lijken grotendeels op die uit het eerste deel, al voegt Riptide er wel een hoop nattigheid aan toe. Om de zoveel tijd beland je in een tropische stortvloed en ondergelopen dorpjes bieden heerlijk spookachtige strijdtonelen. Grafisch gezien bewandelt Riptide voornamelijk de weg van wat acceptabel is. Af en toe zal je mond even openvallen wanneer je tegen een onverwacht panorama oploopt, maar die momenten zijn op één hand te tellen en verdwijnen helemaal in het niets wanneer je net nog een grafisch monster als Tomb Raider voor ogen hebt gehad. De zwak geanimeerde gezichten van personages zijn dan weer de keerzijde van de medaille, terwijl je tijdens de openingsscène op het schip ook best niet te veel om je heen kijkt.

Conclusie:

Mensen die alsnog in de wolken waren met de eerste Dead Island kunnen Dead Island: Riptide blind aanschaffen (en zullen dat waarschijnlijk ook al gedaan hebben). Wie net als ik echter teleurgesteld was in het eerste deel, zal zich met deze veredelde uitbreiding niet op andere gedachten laten brengen. Ja, je krijgt tientallen uren meer van hetzelfde voorgeschoteld en ja, het afslachten van zombies werkt nog steeds verslavend, maar het oppervlakkige vechtsysteem, de matige graphics en het gebrekkige verhaal blijven roet in het eten gooien. Hier en daar krijg je wat nieuwe features voorgeschoteld, maar nooit genoeg om een repetitief gevoel op lange termijn te ontlopen. Het verdict: even matig als de vorige keer.

Pluspunten

  • Bijzonder verslavend
  • Wat nieuwe features
  • Lange speelduur
  • Grafisch oké

Minpunten

  • Zwak verhaal
  • Gebrekkige besturing
  • Oppervlakkig vechtsysteem
  • Repetitief (meer van hetzelfde)
  • Ongeïnspireerde voice-acting