Het Nostalgie Kwartier: Die heldhaftige wasbeer in de Pizza Hut – Gezond zal het zeker niet zijn, maar af en toe eens een avondje Pizza Hut zie ik persoonlijk wel zitten. Vroeger dachten mijn ouders daar trouwens ook zo over. Voor ze uit elkaar gingen – want, laat ons wel wezen, een huwelijk duurt tegenwoordig lang niet altijd meer “tot de dood ons scheidt” – namen ze mij en mijn vier jaar jongere broer wel eens mee naar een Pizza Hut in de buurt. Zo’n 9 jaar geleden – ik moet zo’n twaalf/dertien jaar oud geweest zijn – werd onze aandacht steevast getrokken door de PlayStation 2 stand in de hoek. Wat kon het ons schelen dat ons eten koud werd, het leek wel alsof die getekende wasbeer ons stond te wenken vanop dat kleurrijke schermpje. En vriendelijk weigeren bleek geen optie te zijn.

Verboden vruchten zijn altijd het lekkerst

Die onweerstaanbare drang om achter die gameconsole plaats te vatten verdient een beetje achtergrondinformatie… en eigenlijk ook een bekentenis. Tegenwoordig zit ik tot over mijn oren in de videogames, wordt het van mij verwacht dat ik dagelijks het gerelateerde nieuws een beetje volg en is voor mij met het recenseren van allerlei titels een droom in vervulling gekomen. In tegenstelling tot mijn collega’s Jaïr en Rowin – die de voorbije artikelen in deze reeks voor hun rekening genomen hebben – ben ik echter een stuk minder gekwalificeerd om terug te blikken op het verre, maar vaak oh zo roemrijke verleden van de game industrie. Rayman, Crash Bandicoot, Spyro en Oddworld… ik ken die games wel, maar heb ze eigenlijk nooit gespeeld.

Goed, dat laatste klopt niet helemaal. Bij een vriend heb ik in het PSX-tijdperk nog wel eens een leveltje Crash Bandicoot meegepikt en Rayman Origins is één van mijn favoriete games op de PlayStation Vita, maar ik heb die klassiekers in hun tijd nooit een deftige kans kunnen geven. Ik mocht dat namelijk niet van mijn ouders. Pas op, mijn pa en ma zijn niet bijzonder streng, maar hadden wel het idee dat van teveel televisie en videogames weinig goeds kon komen. Bijgevolg werd TV kijken beperkt tot het weekend en gold in ons huis een verbod op gameconsoles. Af en toe eens een spelletje op de computer – serieus, wie heeft Freddy Fish nooit gespeeld? – kon er uiteraard wél af, maar een PlayStation of een PlayStation 2 heb ik nooit gehad.

Nu wil ik niet de zielepoot uithangen. Ik en mijn broer kwamen niets tekort en het is deels door dit verbod op videogames dat we toch op zijn minst een idee hebben van hoe de buitenwereld eruit ziet. De keerzijde van de medaille is dan weer dat iedereen in onze omgeving wél een PlayStation had, waardoor onze interesse in het medium gestaag toenam. Vooral in mijn geval werd het na verloop van tijd ondraaglijk – ik nam zelfs een abonnement op OPM ruim anderhalf jaar voor ik effectief in het bezit was van een gameconsole. In het derde middelbaar werden de regels dan eindelijk wat losser. Mijn broer spaarde voor een GameBoy Advance en ik wachtte ongeduldig op de release van de PSP. Man, wat hou ik nog steeds van dat ding – UMD’s en onhandige controls inbegrepen.

Pedo(was)beer en de zondeval

Goed, ik wijk af. Terug naar de Pizza Hut, waar ik en mijn broer elke keer steevast als gehypnotiseerd de PlayStation 2 stand opzochten. Gelukkig wachtte ons daar geen smerige pedofiel in een wasberenpak (je weet nooit – er gebeuren verdomd vreemde dingen in deze wereld), maar het bijzonder kindvriendelijke en achteraf bekeken toch oh zo diepgaande universum van Sly Cooper. Eigenlijk is het aandoenlijk hoe weinig we van het spel begrepen hebben gedurende de ettelijke speelsessies van twintig minuten waarbij we aan het scherm gekluisterd waren – vergelijk het met een straatarme nicotineverslaafde die in de buurt van de sigarettenautomaat rondhangt. Elk aspect van de game wist ons enorm te intrigeren – al begrepen we er eigenlijk bar weinig van.

Eigenlijk is de geringe mate waarin de spelmechanismen toen tot ons doordrongen best aandoenlijk. We zijn er ook nooit in geslaagd om het level uit te spelen of de missie te voltooien. Niet dat dit uitmaakte. Het cartoony stijltje en de olijke wasbeer die over de daken van het nachtelijke Parijs dartelde waren genoeg om onze aandacht vast te houden. Het spreekt voor zich dat het ietwat bizarre zicht van een gebrilde schildpad en een knalroze nijlpaard hier ook een cruciale rol in speelde. De bende van Sly had ons bij de keel en nam onze verbeelding genadeloos in beslag. Waarom we precies die flessen kapot sloegen? Geen idee, maar die blinkende sikkel waarmee Sly om zich heen sloeg was verdomd stoer. En tjonge, waar komt toch al dat geld vandaan?

Van het woord stealth hadden we uiteraard nog niet gehoord en dus gingen we keer op keer frontaal in de aanval – met als resultaat het voorspelbare Game Over scherm. Wat nou voorzichtig zijn? Waarom strategie gebruiken als ik ook gewoon dat everzwijn zijn harses in kan slaan? Stoere woorden, vergezeld van een vooruitgestoken borstkas en een zwaaiende vuist waarmee ik bijna het met glazen beladen plateau uit de handen van een voorbijlopende serveerster sloeg. De daden waren van een minder indrukwekkend kaliber, want die verdomde smeerlappen lieten me maar al te graag alle hoeken van de kamer zien. Behoorlijk beschamend, zou je denken, zeker met een publiek erbij, maar het kon me weinig schelen – en de mensen die rond ons zaten te eten volgens mij ook niet.

Wat precies ons doel was hebben we nooit geweten. Waarom die wasbeer ’s nachts over de daken van Parijs sloop zette weliswaar onze verbeelding aan het werk, maar we hadden er geen idee van wat er werkelijk aan de hand was. We speelden telkens hetzelfde level, renden doelloos door de stad en werden getrakteerd op een enkeltje hiernamaals door de eerste bewaker die ons in het oog kreeg. Niet bijzonder spectaculair, maar het was voldoende. Ik en mijn broer waren verkocht. Ongetwijfeld waren we in de ban van dat stijltje, maar we waren nog net iets meer onder de indruk van die wasbeer. Sly was een icoon en een held, maar vertegenwoordigde vooral in persoon wat ik en mijn broer misten. Het serpent verleidde Eva tot het bijten in de appel, Sly liet mij en mijn broer proeven van de game industrie.

Het volledige avontuur in HD

Laat het duidelijk zijn dat ik ondertussen perfect weet wat de Sly-franchise te bieden heeft en nog steeds het schaamrood op de wangen krijg als ik terugdenk aan mijn onwetendheid destijds. Toen de game een hele tijd geleden heruitgegeven werd op de PlayStation 3 als HD Trilogie, heeft het niet lang geduurd voor ik hem in huis haalde en eindelijk deze prachtige reeks van A tot Z leerde kennen. Nu weet ik dat Sly destijds achter Dimitri aanzat om een onderdeel van de mechanische slechterik Clockwerk te bemachtigen. Nu weet ik ook hoe je achter een bewaker aansluipt om hem vervolgens met een welgemikte combo naar de eeuwige cartoonvelden te sturen. Inmiddels heb ik genoten van het vierde deel en hoop ik dat de geruchten over een vijfde Sly-game kloppen. Want, laat ons wel wezen: eens in de ban van de wasbeer, altijd in de ban van de wasbeer.

Vorige ‘Het Nostalgie Kwartier’ Specials: