Dead-Island-DC
Review: Dead Island: Definitive Collection – Kan je een game tegelijkertijd haten en liefhebben? Ik veronderstel van wel; de term ‘haat-liefdeverhouding’ is immers niet voor niets in het leven geroepen. Mijn eigen ervaring leert mij ook dat het perfect mogelijk is om elke frame en pixel van een game te vervloeken en er vervolgens toch niet in te slagen om de controller neer te leggen – of toch niet vooraleer er enkele uren verstreken zijn. Dead Island is zo’n game; qua setting en verhaal zo generisch dat je er spontaan van gaat geeuwen, op vlak van gameplay even diepgaand als het melkkarton dat al enkele dagen staat te lekken in de ijskast en technisch net zo verrot als de waggelende kadavers die de game om de haverklap op je afvuurt. Dead Island zou dus absoluut niet mogen werken… en toch blijf ik spelen.

Dertien in een dozijn

Wie deze laatste in een schijnbaar eindeloze reeks remasters in huis wenst te halen in de hoop een mooi uitgewerkt horrorverhaal op zijn bord te krijgen, verwijzen we graag door naar de The Walking Dead games van Telltale. Voor een uit de kluiten gewassen plot dat je vanaf de eerste minuut bij de kraag grijpt om je pas uren later na een aantal schokkende plotwendingen weer los te laten, ben je bij Dead Island immers serieus aan het verkeerde adres. Het zou inmiddels algemene kennis moeten zijn dat de trailers voor beide titels – het origineel én de veredelde uitbreiding Riptide, beiden aanwezig in de remaster zijn – de games eigenlijk in het verkeerde daglicht stellen. Hier vind je helaas geen hartverscheurende verhalen over gebroken families en opgepeuzelde geliefden. Integendeel.

DIDC1

Jij kruipt in de huid van één van de vier randdebielen die naar het vakantieoord Banoi afzakten aan de vooravond van de zombie apocalypse, om er vervolgens tot hun eigen slecht geacteerde verbazing achter te komen dat ze immuun zijn voor het virus. Dat betekent uiteraard dat zij vervolgens al het vuile werk mogen opknappen voor alle overlevenden én hun moeders, die zich her en der op het eiland schuilhouden. Het uiteindelijke doel is ontsnappen, maar niet vooraleer je onder andere een klein legioen ondoden hebt afgeslacht om een klein meisje haar teddybeer terug te bezorgen. Eenmaal ontsnapt belanden onze eh… “stoere” helden gewoon op een naburig eiland en krijgen we een integrale herhalingsoefening voorgeschoteld. Copy-pasten like a boss.

Verzamelwoede

Waar je in andere actie-RPG’s als Skyrim of The Witcher allerlei boeiende zijmissies kan aannemen, die geregeld uitmonden in epische verhaallijnen die niet zouden misstaan in een TV-reeks op HBO, vinden ze het in Dead Island meer dan voldoende om de speler er keer op keer weer op uit te sturen om een bepaald item te gaan opzoeken. De ontwikkelaar gaat zelfs onmiskenbaar de Inception-tour op door je geregeld verzamelquests binnenin andere verzamelquests voor te schotelen. Het maakt hierbij niet echt uit of je nu het hoofdverhaal volgt of deelneemt aan allerlei randactiviteiten; verzamelen zal je! De omkadering van Dead Island blijft bijzonder kaal in vergelijking met andere games op de markt en dat is jammer, aangezien de setting best aardig voor de dag komt.

DIDC2

Zowel Dead Island als Dead Island: Riptide verschieten echter hun beste kruit reeds bij aanvang van het spel. De eerste omgeving waar je in belandt – respectievelijk een luxueus resort waar het bloed letterlijk aan alle muren kleeft en een half ondergelopen jungle waar het gevaar regelmatig onder de oppervlakte loert – is in beide games immers met voorsprong de meest interessante. Later beland je onder andere in steden met onderling inwisselbare straten, een eentonig grijze gevangenis en godbetert een uitgebreid riolenstelsel – want Joost weet dat wij horrorfans nog niet genoeg van dat soort inspiratieloze levels hebben moeten verduren in het voorbije decennium. Het level design wordt nergens echt slecht, maar Techland heeft duidelijk al zijn geld ingezet op de eerste indruk.

Je hackt en slasht ondertussen door eindeloze golven zombies heen en oh hemel, ik was bijna vergeten hoe verdomd bevredigend dat kan zijn. Botten breken dat het een lieve lust is en afgehakte hoofden vliegen door de lucht; de gevolgen van de chaos die jij kan aanrichten met de vele slag- en steekwapens die Dead Island rijk is. Hier komt de eerder vermelde verzamelwoede van de games wél op een leuke manier om de hoek kijken. Het aantal unieke wapens is bewonderenswaardig en het visuele upgradesysteem houdt ook vandaag nog stand, in die mate zelfs dat je haast zou vergeten dat het vechtsysteem zelf weinig diepgang kent. Je kan schoppen, gooien en wild om je heen slaan, maar meer strategie komt er niet bij kijken. Opnieuw betreur ik het ontbreken van een blokknop.

DIDC3

Of hoe een scheepswrak ook mooi kan zijn

Dead Island is eigenlijk nog redelijk gracieus oud geworden. De hack & slash gameplay blijft enorm verslavend, het level design mag er zijn en op grafisch vlak weten vooral de initiële omgevingen echt nog te overtuigen. Schrik niet als je mond tijdens een tocht door de jungle plots openvalt; Dead Island schaamt er zich niet voor om – vijf jaar na de oorspronkelijke release – wondermooie vistas op je scherm te toveren. Probeer tevens ook om niet te hard te schrikken wanneer je een NPC aankijkt, want dan zou het wel eens kunnen dat je hart het van puur afgrijzen begeeft. De gezichten van de kleimonsters die de nog levende populatie van de eilanden uitmaken zagen er in 2011 al niet bijster overtuigend uit en dat is er nu nog erger op geworden. Ware schoonheid zit van binnen, zullen we maar denken.

Of hoe die binnenkant ook kan tegenvallen

Op technisch vlak gaat deze remaster echter erg de mist in. Ik was bijvoorbeeld nog geen halfuur bezig in Dead Island: Riptide of ik kon de game al herstarten, omdat mijn personage zich in een muur verankerd had en koppig weigerde om er weer uit te komen. De pop-up doet bij momenten pijn aan de ogen en wanneer een objectief weigert in te laden, wordt het wel erg moeilijk om de bijbehorende missie te voltooien. Vijanden die in het zicht respawnen zorgen dan weer voor erg veel frustratie, aangezien je op vijf minuten tijd letterlijk tot vier keer toe dezelfde drie zombies een kopje kleiner moet maken. De audio is aardig, maar ook hier laat de remaster steken vallen. Zo viel het geluid van watervallen sporadisch weg, waardoor ze plots klonken als de statische ruis op een kapotte TV uit de jaren ’90.

DIDC4

Conclusie

Dead Island is een ruwe diamant zoals er zelden op de markt verschijnen; wie hard genoeg poetst, bereikt uiteindelijk wel de blinkende rijkdom aan de binnenkant. Het is erg gemakkelijk om de game de grond in te trappen en Dead Island verdient dat ook, maar blijft aan de andere kant toch zo verdomd verslavend. Hersenloos zombies in de pan hakken heeft zo zijn charmes en de game slaagde er ook dit keer weer in om mij bij momenten de minpunten te doen vergeten. Als je dan nog eens bedenkt dat de remaster helemaal niet duur is en dat je er naast Dead Island en Dead Island: Riptide ook nog eens het amusante – doch niet bijzonder lang speelbare – 2D-spel Dead Island: Retro Revenge bij krijgt, dan is een aankoop helemaal zo’n slecht idee nog niet. Zolang je maar weet wat je precies in huis haalt.