Special: Een hype gedoemd een stille dood te sterven of is virtual reality hier om te blijven? – De laatste twee jaar heeft virtual reality een tamelijk significante opleving gekend op de markt. Met hardware als de Samsung Gear VR en Google Cardboard, werd het opeens betaalbaar en toegankelijk, fanaten konden zich vergrijpen aan de Oculus Rift en beter nog: de HTC Vive. Hoewel dat nog steeds een behoorlijke diepte-investering is, doet de Vive het zeker niet onaardig. Sony ging daar eind vorig jaar een beetje tussenin zitten met PlayStation VR en opeens was virtual reality behoorlijk populair. Halverwege 2017 maakte Sony al bekend dat PlayStation VR de één miljoen verkopen was gepasseerd. De vraag is nu: is dit een hype gedoemd een stille dood te sterven of is virtual reality hier om te blijven?

Dit is niet de eerste keer dat virtual reality komt kijken

De exacte oorsprong van de term ‘virtual reality’ is lastig te achterhalen, naar het schijnt waren wetenschappers al eind 1800 bezig met het creëren van een alternatieve visuele werkelijkheid. Een grappig voorbeeld is de Aspen Movie Map, ontwikkeld door MIT in 1978. Het team ontwikkelaars wilde de gebruiker het dorpje Aspen in Colorado laten zien en met behulp van een hele reeks foto’s kon je een soort van virtuele tour maken op een scherm. Nog interessanter was dat je ook de optie had om een polygonen versie te bekijken. Een simpel 3D-model dat je grofweg de straten van Aspen liet zien. Een heel simpele versie van Google Maps op de Vive, zou je kunnen zeggen.

Het probleem was echter met deze technologie dat de ontwikkeling gewoonweg niet ver genoeg was om een echte alternatieve werkelijkheid te creëren. De virtual reality zoals wij die kennen vindt zijn oorsprong zo eind jaren ’90 begin ’00. Het kan misschien zo allemaal een beetje saai en oubollig klinken, maar dat de geschiedenis zich herhaalt, wordt hiermee makkelijker zichtbaar. Ook anno 2017 blijkt namelijk dat de technologie nog lang niet ver genoeg is. Een veelgebruikte term in de virtual reality industrie is dan ook ‘gimmick’.

Niets is leuker dan die eerste keer

Mocht je virtual reality zelf hebben geprobeerd of bijvoorbeeld een PlayStation VR of HTC Vive hebben, dan kan je vast nog de eerste keer voor de geest halen. Die eerste keer dat je een pijl en boog in je handen had of die keer dat je in de haaienkooi doodsangsten uitstond. En de tiende keer? Of de twintigste keer? Nee, vast niet. Het nieuwe was eraf en je hebt het weggelegd. Het overkwam mijzelf ook met bijvoorbeeld The London Heist. De eerste keer was waanzinnig, maar de game duurde niet langer dan twaalf minuten. Dus na drie keer was de ervaring ‘gewoon’ geworden.

Het is een tendens die virtual reality games tergt. En niet alleen games, maar heel veel toepassingen met virtual reality lijden hieronder. De toevoeging is vaak niet meer dan een factor die voor spektakel zorgt, maar als die rook eenmaal is opgetrokken blijkt het nut vaak minimaal. Waarom zou ik kleding kopen in een virtual reality omgeving? Ik kan het niet aantrekken en passen, dat zou pas echt helpen. Nu hoor ik je al bijna zeggen: ‘maar dat kan binnenkort heus wel’. En dat is nou net het grote verschil met dertig jaar geleden.

Het tempo op het gebied van technologie ligt op topsportniveau

Niet eerder in de geschiedenis is de technologie met zulke grote stappen vooruitgegaan als nu. Iets wat drie tot vijf jaar geleden onmogelijk leek, wordt mogelijk. Dit jaar heb ik de Virtual Revolution beurs bezocht. Een evenement waar bedrijven uit de industrie, gezondheidszorg, architectuur en onderwijs samenkomen om de nieuwste ontwikkelingen op VR en AR (Augmented Reality) gebied te presenteren en te bekijken. Ook hier was het duidelijk dat het tempo hoog ligt. Zo is het momenteel nog zo dat je handen onderhevig zijn aan een bepaald soort controller. Op de beurs heb ik een handschoen geprobeerd die je volledige hand in virtual reality laat zien en de interactie dus ook volledig natuurlijk maakt.

Met AirFrance/KLM heb ik ook gewerkt aan een project met de HoloLens, het nieuwste speeltje op augmented reality gebied. Cabinepersoneel trainen voor de vliegtuigmaatschappij is duur, zeker bij bijvoorbeeld een vuurbestrijdingstraining. Er moeten fysieke cabines in vuur en vlam gezet worden, ruimtes beschikbaar gesteld worden en strenge afspraken gemaakt worden. De uitdaging voor ons was: hoe kunnen we dit goedkoper en makkelijker maken in augmented reality? Ook hier liepen we tegen bepaalde technische beperkingen aan, maar wederom was de conclusie: het begin is er, maar we moeten nog twee tot drie jaar wachten, aldus innovation manager Peter Huisman.

Verder heb ik ook met het Amsterdam Fashion Institute gewerkt aan een virtual reality experience, waarin het productieproces van hun kleding op een speelse manier wordt gepresenteerd. Je komt in een grote ruimte waar je kunt interacteren met de verschillende afdelingen binnen de organisatie. Op het resultaat waren we erg trots, maar één van onze grootste problemen was de engine waarin we het project bouwden. Elke virtual reality experience is namelijk gebouwd op een game-engine. De meest voorkomende zijn Unreal en Unity. Makkelijk in gebruik en zeker goed te behappen, zeker als je blueprints gebruikt. Het probleem is echter dat de game-engines vrij beperkt zijn in visuele kracht in VR. Een unieke engine gemaakt voor VR zou al een enorme stap zijn.

Wat ik hier dus eigenlijk mee wil zeggen, is dat virtual reality eigenlijk een beetje op de drempel van een revolutie staat. Als de technologie net even een stapje verder is, wordt het nut en rendement uit ervaringen een stuk groter. Daarmee kan de technologie ook definitief voet aan de grond krijgen. Nu is het nog te vaak dat er een makkelijkere oplossing is of het nut gewoon niet aanwezig is. Is dat er wel, dan zullen ontwikkelaars van software eerder naar virtual reality of augmented reality grijpen.

Even inzoomen op PlayStation VR

Mocht je al zo ver gekomen zijn met lezen: bedankt voor je aandacht! Uiteraard is dit een PlayStation website en wil je misschien wel meer weten over hoe de technologie van Sony zich houdt tegenover de rest. Zoals ik eerder al aangaf zit PlayStation VR tussen de goedkope opties, zoals de Samsung Gear VR en de HTC Vive in. Sinds het uitkomen van de Oculus Rift Touch controller is die hardware-set ook duidelijk een stap verder, hoewel een stuk goedkoper dan de HTC Vive. Laatstgenoemde is momenteel – naar mijn mening uiteraard – de beste ervaring voor de consument. Zeker het toevoegen van sensoren, waardoor je letterlijk in een virtuele wereld kunt rondlopen is indrukwekkend.

Opmerkelijk genoeg vind ik zelf dat PlayStation VR zich buitengewoon sterk kan houden tussen de rest. Er zijn wel een aantal punten waar je rekening mee moet houden, hoe erg die je storen is dan aan jou om te beslissen. Ten eerste is de hardware minder krachtig dan die van bijvoorbeeld een Vive, daardoor heb je soms last van onscherp beeld en de graphics zijn zeker niet optimaal. Ook het gezichtsveld heeft een beetje last van het duikbril-effect. Het ligt er eveneens een beetje aan hoe goed de ontwikkelaar kan werken met virtual reality. Zo was voor mij dé verrassing op de PlayStation de Star Wars Battlefront X-Wing VR Mission. Grafisch was het top en de beleving was iets wat ik zelden eerder had meegemaakt, natuurlijk was ik bevooroordeeld omdat ik een groot Star Wars fan ben, maar het is zeker een goed staaltje ontwikkeling.

Eigenlijk het enige waar ik me echt aan stoor en waar Sony volgens mij niet voldoende geld, ontwikkeling en tijd in heeft gestopt, is de motion control. De Move controllers waren al bijna verouderd toen ze uitkwamen en dit is sterk merkbaar als je dit vergelijkt met een Touch controller van de Rift of de Vive controller. Zeker met games waarbij je moet schieten of iets dergelijks, laat de controller je gedeeltelijk of soms helemaal in de steek. Daarnaast is de button-mapping zo onnatuurlijk, dat ik vaak de bril af moest zetten om te kijken welke knop ik in moest drukken. Als Sony net even wat meer tijd had gestoken in een nieuwe controller, was dit probleem er nooit geweest. Het laatste puntje van kritiek is de schoonheid van je woonkamer, slaapkamer of waar je dat ding dan ook neerzet. Het aantal kabels zorgt er namelijk voor dat elke ruimte veranderd in een jungle, maar dat zie je gelukkig toch niet met dat ding op.

Eigenlijk is de conclusie van dit verhaal ook wederom dat je het beste kunt wachten tot PlayStation VR 2, ervan uitgaande dat die komt natuurlijk. Een bril met een hogere resolutie, groter kijkveld, krachtigere processor en een gloednieuwe controller gemaakt voor virtual reality. Voor nu moet je wel echt een groot fan zijn van de technologie om er eentje aan te schaffen, ondanks de redelijk betaalbare prijs. Ook qua content is het nog niet helemaal waar het moet zijn. Veel games zijn één of twee keer leuk en dan heb je het wel gezien. Een grote aanrader vind ik zelf Driveclub VR, het principe dat je echt in de auto zit maakt het niet alleen stuk realistischer, maar ik zette ook veel betere tijden neer dan in de normale versie. Puur omdat je meer gevoel krijgt voor de auto en om je heen kunt kijken voor een inhaalmanoeuvre.

Dus? Wat is nou eigenlijk je conclusie

We begonnen dit ellenlange verhaal met de vraag: is dit een hype gedoemd een stille dood te sterven of is virtual reality hier om te blijven? Ik denk zelf dat virtual reality ditmaal al te ver is gekomen om zomaar uit beeld te verdwijnen. Nog steeds zie ik promotieacties op het Museumplein en wordt er veel mee geadverteerd, maar niet omdat het niet aanslaat. De verkopen van de hardware, het aanbod in games (op de Vive en Oculus begint dit echt al aardig vorm te krijgen) en de vooruitgang van de technologie hebben een plek veroverd in het landschap. Dat virtual reality nog niet ver genoeg is om echt definitief door te breken, is duidelijk merkbaar, maar ik denk dat we het nog 2 á 3 jaar moeten geven en dan zal de technologie definitief van toegevoegde waarde zijn voor veel consumenten.