Preview: The Bureau: XCOM Declassified – Enkele jaren terug kreeg ik op de E3 de mogelijkheid om de first person shooter XCOM te bekijken en dat leverde destijds een hoge verwachting op. De setting, de vibe, de gameplay features en de visuele stijl trokken me ontzettend aan en plots werd het stil rondom XCOM. Heel stil, totdat begin dit jaar onthuld werd dat 2K Games het roer behoorlijk heeft omgegooid en de game fors op de schop heeft genomen, wat betekent dat de eerste kennismaking enkele jaren terug tot op zekere hoogte niet meer relevant is. De hoogste tijd dus om eens kennis te maken met de nieuwe XCOM in de vorm van The Bureau: XCOM Declassified.

Third person shooter gemixt met strategie

Eind vorig jaar verscheen XCOM: Enemy Unknown, wat een prima strategiegame was, zeker naar consolebegrippen, en deze game bleef de roots van de franchise behoorlijk trouw door uit te pakken met turn-based gameplay. The Bureau: XCOM Declassified is echter een ander verhaal, want we hebben hier te maken met een third person shooter en dat is vanzelfsprekend een genre dat doorgaans weinig gelijkenissen toont met het strategiegenre. Toch zijn er wel goede mogelijkheden om dit enigszins te combineren en dit gebeurt helaas te weinig naar onze mening. Gelukkig is daar nu The Bureau: XCOM Declassified, een shooter die het in de kern vooral van strategie moet hebben.

William Carter

Dit leverde een meer dan fijne speelervaring op, maar voordat we echt de gameplay induiken, is het eerst tijd om eens naar de game en het verhaal zelf te kijken, want dat is minstens net zo interessant. In deze game krijg je te maken met het begin van de gehele XCOM-organisatie. In dat opzicht kun je deze game dan ook beschouwen als een prequel, want je zult de invasie van de aliens meemaken en het oprichten van de XCOM-organisatie, waarbinnen jij vervolgens een belangrijke rol gaat spelen – mede doordat je onbedoeld in deze situatie belandt. Carter heeft namelijk een koffertje bij zich dat hij bij een een hoge generaal moet afleveren en nog voordat hij hieraan toe komt, gaat het al fout.

Een vrouwelijke officier klopt bij hem aan en is erop gebrand om in de koffer te kijken en dan breekt de hel los, want de officier is niet meer de officier die zij ooit was. Zo schiet ze Carter neer en probeert ze hem te wurgen. In het koffertje zit echter iets wat een goed effect op haar heeft en luttele seconden later is ze dood en realiseert Carter zich dat hij ternauwernood aan de dood is ontsnapt. De volgende stap is het zo snel mogelijk op de hoogte brengen van de generaal voor wie de koffer bedoeld was en eenmaal daar aangekomen, vertelt men hem over het opgezette XCOM-project, waarvoor hij gelijk ingeschakeld wordt.

Het XCOM-project was in de eerste instantie bedoeld als counteroffensief tegen de Russen – het speelt zich immers ten tijde van de Koude Oorlog af – maar al snel blijken de Amerikanen grotere problemen te hebben. De aliens zijn immers het enorme land binnen gevallen en dat betekent dat er actie ondernomen moet worden om de aliens te stoppen. Gezien de aliens een stuk geavanceerder zijn in hun materiaal, staan de Amerikanen tegenover een overmacht aan kracht. Toch valt dit goed op te vangen door buitenaardse technologie zo te gebruiken dat het in jouw voordeel werkt en dat is onder andere één van de zaken waar mensen die bij het XCOM-project zitten zich mee bezig houden.

Subtiele humor van Carter

Hoe het verhaal zich verder zal gaan ontwikkelen – met het oog op het gegeven dat het hier om een prequel gaat – valt nog even afwachten, maar de eerste drie uur spelen gaven ons voldoende het idee te maken te hebben met een uiterst interessant geheel dat van begin tot einde de moeite waard zal zijn. Hier spelen nog twee andere factoren een rol, want zo zal de game je zo nu en dan momenten voorschotelen in dialogen waar je een keuze moet maken die invloed heeft op het verhaal – de game heeft namelijk meerdere eindes. Een ander aspect in deze dialogen en tijdens het spelen is de relatief droge Carter.

Carter is niet bepaald een geliefd figuur en dat ligt deels aan zijn reputatie. Het is namelijk iemand met een nogal grote bek en als hem iets niet zint, dan zegt hij dat – ook tegen zijn superieuren. Daarnaast zit de game vol met one-liners terwijl je aan het spelen bent. Toch is dit zeker geen komedie, want de gehele opzet is behoorlijk serieus. De humor die in de game zit is dan ook minimaal en ook enigszins clichématig verwijzend naar de films over buitenaardse invasies uit de jaren zestig. Wat dit aspect vrij uniek maakt is dat het op de één of andere manier goed bij Carter past en beter nog: het past bij de game – hoe subtiel het soms ook is.

Hersenloos knallen betekent een snelle dood

Het verhaal, Carter en de subtiele humor, evenals de clichés, zijn diverse aspecten die de game erg interessant maken, maar waar het uiteindelijk om gaat is de daadwerkelijke gameplay en die beviel ons zeer goed. Eerder in deze hands-on gaven we al aan dat The Bureau: XCOM Declassified een mix is van een shooter en een strategiegame en dat zit hem vooral in de mogelijkheden om je teamleden, waarmee je standaard op pad wordt gestuurd, instructies te geven. Je kunt op elk moment zelf als een bezetene rond gaan rennen om op alles te schieten wat beweegt, maar dit zal bijna altijd resulteren in een snelle dood.

Doe je het wat rustiger aan met een gezonde dosis tactiek, dan kun je ook een heel eind komen. Maar als je alles uit de game wilt halen, dan zul je veel van je team gebruik moeten maken en dat geeft in het geval van XCOM gelijk een hele nieuwe dimensie aan de standaard gameplay van een third person shooter. In gevechten zullen je teamgenoten sowieso vijanden aanvallen en dekking zoeken, maar de kracht van de gameplay zit in het aansturen van je teamleden. Dit is behoorlijk uitgebreid, want waar je in de eerste instantie enkel nog je team kun verplaatsen en voor ze kunt bepalen wie ze aanvallen, zal je na verloop van tijd veel meer speciale mogelijkheden tot je beschikking krijgen.

Strategisch je aanvallen aan mekaar knopen

Tijdens onze speelsessie waren we continu met Carter en nog twee andere teamleden op pad en elke keer voor de aanvang van een missie kun je kiezen wie je meeneemt. Ieder teamlid heeft zo zijn eigen specialiteiten en dat kan goed van pas komen in de gevechten. Let wel, als je teamlid wordt neergeschoten, zal je hem snel moeten healen. Lukt dat niet? Dan ben je hem voor altijd kwijt. Aangezien de game met een levelsysteem werkt waarbij je naarmate je een hoger level bent meer speciale krachten hebt, is het enorm zonde om een teamlid te verliezen, dus hoewel je ze blind het gevecht in kunt sturen, is het aan te raden om vooral heel erg tactisch met je manschappen om te gaan.

De teamleden commando’s geven is naast het knallen het belangrijkste aspect in de gameplay en reken maar dat je dit gaat gebruiken. Kom je op een open plein aan met aan de andere kant een turret? Dan kun je de aanval inzetten, maar met een turret die je snel te pakken heeft en vijanden die de turret verdedigen is dat niet het beste idee. Wat je dan kunt doen is een manschap wat meer opzij sturen en hem de opdracht geven om de vijanden en turret af te leiden. In de tussentijd stuur je een ander teamlid de andere kant op, zodat deze de vijand kan flanken. Als jij dan in het hoekje blijft staan, krijg je een driehoeksverhouding, waarmee je effectief de vijanden kunt aanvallen.

Dit doe je bij voorkeur zonder dat de vijand het doorheeft en dan kan een ogenschijnlijk gevecht zomaar ineens snel afgelopen zijn. Wat vooral opviel is dat de moeilijkheidsgraad in gevechten totaal afhankelijk is van de manier waarop jij speelt en hoe je om gaat met het uitdelen van commando’s. Tel hierbij op dat je je teamleden gewoon op de vijand kunt laten vuren, maar er zijn meer mogelijkheden dan alleen dat. Zo heeft de één een pulse tot zijn beschikking, waarmee hij een schokgolf uitschiet waardoor vijanden omvallen. De ander kan een ‘critical shot’ uitdelen, wat zeer krachtig is, en Carter kan in tussentijd de sterkste vijand oppakken en enige tijd in de lucht doen zweven, waardoor deze regelrecht een schietschijf is.

Strategische aanpak wordt gemotiveerd

Dat concept werkt prima, want met een druk op de knop vertraag je de gehele gameplay en kun je middels een handig menu de aanvallen selecteren die je wilt uitgevoerd zien. Een bijkomstigheid is dat je diverse aanvallen aan elkaar kunt knopen, ook van teamleden door elkaar heen, waardoor je in feite een ketting van aanvallen opzet en je bent volledig vrij in hoe je dit indeelt. Iets wat behoorlijk doet denken aan de mogelijkheid om aanvallen aan elkaar te knopen op de meest creatieve wijze, zoals in Dishonored. Iets wat in The Bureau: XCOM Declassified uitermate vlot en tof werkt, wat het gebruik van de strategische elementen des te meer motiveert.

Een leuk detail is dat iedereen die XCOM: Enemy Unknown heeft gespeeld ontzettend veel overeenkomsten zal opmerken als ze deze game spelen. Zo zul je na elke missie terugkeren naar de basis van het XCOM-project van waaruit je nieuwe missies kunt selecteren. De manier waarop je je manschappen selecteert, van een upgrade voorziet, inzet en meer is ook behoorlijk overeenkomstig. Het is dan tot op zekere hoogte een feest van herkenning en het toffe hieraan is dat je twee totaal verschillende games voorgeschoteld krijgt, die werken vanuit hetzelfde basisprincipe en dat komt in beide games even goed tot hun recht.

Voorlopige conclusie:

The Bureau: XCOM Declassified heeft geen gemakkelijk ontwikkeltraject achter de rug, maar nu de release nadert en we de game hebben gespeeld, lijkt het erop dat 2K voor de juiste insteek heeft gekozen. Het is een shooter, maar laat de strategische roots niet liggen. Bovendien geven de overeenkomsten, ondanks het grote verschil in gameplay met XCOM: Enemy Unknown, de game een unieke meerwaarde. De gameplay mag ten opzichte van wat ik twee jaar terug heb gezien dan wel drastisch veranderd zijn, maar na drie uur spelen kan ik concluderen dat dit alleen maar goed uitpakt. Eind augustus zal de game in de winkels liggen en rond die tijd zul je vanzelfsprekend een review mogen verwachten. Wij hebben er alvast erg veel zin in.