StyxLogo
In actie gezien: Styx: Shards of Darkness – Wie zijn verhaal situeert in een fantastische setting, volgt daarbij doorgaans al dan niet bewust een aantal vaste regels. Tolkiens immens populaire In de Ban van de Ring trilogie heeft bijvoorbeeld een doorslaggevende rol gespeeld in de manier waarop we tegen fantasie rassen aankijken. Mensen, elven en dwergen? Nou, in die bevolkingsgroepen vind je doorgaans de helden van het verhaal terug. Orks, aardmannen en goblins? Voetvolk voor de kwaadaardige heerser en bijgevolg vooral ook kanonnenvoer voor de eerder vernoemde helden. Als je origineel uit de hoek wil komen, is het dus geen slecht idee om dat rollenpatroon eens te doorbreken. Stan Nicholls maakte de titulaire lelijkaards bijvoorbeeld de hoofdpersonages van zijn Orcs-boeken. En de Styx-reeks doet een beroep op een duivels aardmannetje dat zich al sluipend een weg moordt door een surreële wereld. Mijn interesse was alleszins gewekt.

What’s in a name?

Als ik de naam Styx hoor, denk ik spontaan aan de mistroostige rivier in de klassieke, Griekse onderwereld. Pas overleden zielen betalen daar de sinistere veerman Charon – als je ooit God of War: Chains of Olympus gespeeld hebt, weet je vast nog wel wie dat is – een muntstuk, om vervolgens naar de overkant gevoerd te worden. Daar, in het land der ondoden, wacht de eeuwigheid. Tegenwoordig is Styx echter ook de naam van een klein, vinnig kereltje dat zich op vlak van acrobatie zonder problemen zou kunnen meten met de atleten op de afgelopen Olympische Spelen. Styx zagen we voor het eerst opduiken in de RPG Of Orcs and Men en bleek populair genoeg te zijn voor zijn eigen prequel – Styx: Master of Shadows. Ontwikkelaar Cyanide Studios was tevreden met de ontvangst van de game en mikt nu met het vervolg Styx: Shards of Darkness op hogere regionen. Een gewaagde zet, als je het mij vraagt.

Styx1

Goblin’s Creed: Shadow of Arkham

Op esthetisch vlak spreekt het me eigenlijk allemaal wel aan. Je ziet niet elke dag een titel de revue passeren waarin je met een goblin speelt, laat staan één waarin gamers hun innerlijke sluipmoordenaar mogen loslaten op nietsvermoedende sprookjescreaturen. Toch vroeg ik me van in het begin af of Styx wel bestaansrecht heeft in een wereld waarin Assassin’s Creed reeds de met bloed doordrenkte plak zwaait. En eerlijk: de presentatie op de gamescom wist mij, ondanks gameplay die er op alle vlakken best vermakelijk uitzag, nu niet meteen van het tegendeel te overtuigen. Alles wat op het scherm getoverd werd, heb ik al eerder gezien, doorgaans met wisselend succes. Het kurkdroge gevoel voor humor, bijvoorbeeld. Het is best amusant wanneer Styx een fort omschrijft als “een plek met meer gaten dan een verloederd bordeel”, maar ad rem is tegenwoordig de norm voor hoofdpersonen in een videogame.

De gameplay verraadt een doordachte mix van stealth en platform gameplay, net als in – u raadt het ongetwijfeld al – een bepaalde, niet nader genoemde miljoenenfranchise van Ubisoft. Styx is een kereltje met magische krachten en dat vertaalt zich in-game naar een aantal mogelijkheden waar spelers mee kunnen experimenteren. Zo doen cocons dienst als teleportatieportalen; gooi er ééntje naar de overkant van de kamer en met een druk op de knop word je daarheen geflitst. Styx kan daarnaast ook klonen van zichzelf creëren en tijdelijk in hun huid kruipen om bepaalde klusjes op te lossen. Je sterkste wapen is echter de schaduw, waarin je zo goed als onzichtbaar bent voor vijandige ogen. Het doven van de lichten in de omgeving zou dus met stip bovenaan het to do-lijstje van de verstandige gamer moeten staan. Let wel, vijanden zijn niet dom; heel wat tegenstanders hebben aanstekers bij om de vlam direct weer aan te zwengelen.

Styx2

Dat die tegenstanders in allerlei soorten en maten opduiken, is ergens niet meer dan logisch. Variatie en zo, weet u wel. Styx kan met veel vijanden afrekenen door zijn getrouwe dolk op een onbewaakt moment tussen hun lendenen te schuiven, maar zal bij zwaarder bepantserde vijanden toch op andere middelen moeten terugvallen. Dwergen kunnen je dan weer opsporen door hun uit de kluiten gewassen neuzen te gebruiken, terwijl je zo nu en dan ook tegen een bewaker met zelfmoordneigingen aanloopt. Naast de eerder vermelde schaduw, kan Styx nog andere elementen uit de omgeving in zijn voordeel gebruiken. Kandelaars op vijanden laten vallen of alarmsystemen veranderen in dodelijke booby traps… beide strategieën zijn uiterst bruikbaar. De mogelijkheid tot craften is daarnaast ook een must in dit soort games en om helemaal uniek te zijn, beschikt Styx ook over zijn eigen variant op Batmans detective vision.

Verdere aankleding

Op de gamescom kreeg ik een fragment uit een level te zien, waarin Styx verwoed probeerde om een ondergrondse elvenstad te bereiken. De wereld – een enorm kasteel op een duizelingwekkende klif, waarboven een vliegend schip verankerd aan de kantelen zijn schaduw uitspreidt – is best fraai vormgegeven, maar bij mij bleef het wauw-gevoel uit. De ontwikkelaar ging er prat op dat de levels in Shards of Darkness best groot zullen zijn, een gegeven dat ze onderstrepen door je in elke missie meerdere opties te geven om je doel te bereiken. Volgens Cyanide Studios zullen gamers in deze titel een “maximaal gevoel van vrijheid” ervaren. Mooie woorden, maar ik hanteer sinds de release van No Man’s Sky een “eerst zien, dan geloven”-aanpak. Ik was wél onder de indruk van het onheilspellende koor dat de actie op het scherm van een gepast naargeestige soundtrack voorzag. Muziek en beeld gingen perfect samen.

Styx4

Voorlopige conclusie

Ik ben hierboven misschien wat streng geweest. Was het bijvoorbeeld echt nodig om constant de gelijkenissen met andere games aan te halen? In mijn ogen wel. Styx: Shards of Darkness heeft alles in zich om een zeer leuk tussendoortje te worden, maar mist een eigen identiteit – een eigen bestaansreden, zelfs – waarmee het echt zijn hoofd boven de onmiddellijke concurrentie zou kunnen uitsteken. We leven in een wereld waarin de rekken van de lokale gameboer vol oerdegelijke (Assassin’s Creed) tot fantastische (Dishonored – en ja, ik ga hier toch ook even Alien: Isolation aanhalen, gewoon omdat het kan) liggen en ik vraag me af of een franchise als Styx dan een lang leven beschoren is. Hopelijk heb ik het bij het verkeerde eind, want de wereld waarin de game zich afspeelt en vooral het duivelse kereltje dat de hoofdrol speelt, intrigeren me wel. En dit is uiteindelijk al een vervolg, toch?