Review | Call of Duty: Vanguard – Tijdens de preview kregen wij al het idee dat deze Call of Duty qua concept terug zou keren naar de roots. Een team van verschillende soldaten die elk uit een andere windrichting afkomstig zijn. Elk met een eigen verhaal dat uiteindelijk samen moeten komen om het grotere doel te bereiken. Een mooi concept ook, om in potentie een gevarieerde singleplayer campagne voor te schotelen. Daarom konden we het ook niet laten om de allereerste Call of Duty weer eens op te starten om eens goed meegenomen te worden voor de sfeer. Eenmaal overgeschakeld naar Call of Duty: Vanguard, waren de eerste indrukken niet al te best. Dit zullen we natuurlijk uitgebreid toelichten en we hopen dat de overige (en voor velen belangrijkere) modi meer indruk zullen maken.

Beetje knullig allemaal

Het idee dat Sledgehammer Games hier heeft is erg leuk en tof bedacht. Het schort alleen flink in de uitwerking. Je volgt een team van zes leden die een geheim project van de nazi’s een halt toe moeten roepen. Om precies te zijn is de leider van de Gestapo, Hermann Freisinger, degene die de touwtjes in handen heeft. Jij zult hem dus moeten stoppen, wat ertoe leidt dat je het team leert kennen qua afkomst, hoe ze een team zijn geworden in eerste instantie en wat ze tijdens dit proces van de Tweede Wereldoorlog meekrijgen. Het is alleen zo dat er weinig memorabele gebeurtenissen zijn in de singleplayer. In plaats van dat je aangrijpende oorlogsscenario’s krijgt voorgeschoteld, word je opgezadeld met een basis framewerk Call of Duty levels, die net zo weinig impact hebben in elke andere setting. Er had zoveel meer in kunnen zitten, maar uiteindelijk zijn het voornamelijk inspiratieloze levels, waarbij de paar unieke mechanics per teamlid (orders geven, meer granaten kunnen dragen en meer) ook als een overbodig element aanvoelen.

De cinematische wijze van presenteren is iets waar we een beetje over vallen. Er zitten namelijk behoorlijke lange cutscenes in de game die, vaak wel erg vermakelijk en grafisch mooi zijn, maar naar verhouding te langdradig zijn en niet altijd even verzorgd uit de verf komen op technisch vlak. Denk dan aan cutscenes die uiteindelijk moeten overgaan naar in-game, die echt een drama zijn. Dit zijn zeer slecht gerenderde CGI-cutscenes met als gevolg: stotterende fps, lage renderkwaliteit, soms ook a-synchrone lip-sync, screen tearing en ga zo maar door. De lighting is erg flat, levels hebben weinig ziel en ook de opzet is gewoon knullig ingericht met de erbarmelijk slechte AI. Wat ook niet helpt is het slecht geschreven script dat voorspelbaar en doorspekt is met clichés. Hoewel de setpieces erg kunstmatig en geforceerd overkomen, wist het verhaal aanvankelijk door de duistere Hermann Freisinger enige interesse op te wekken. Totdat de acteur Dominic Monaghan (The Lord of the Rings, Lost) – die nazi officier Jannick Richter speelt – in beeld verschijnt. Het ligt misschien aan ons, maar we kunnen er niet aan ontkomen dat we eigenlijk een hobbit ‘Heil Hitler’ zien roepen.

Multiplayer

Er zijn een paar elementen die we hier onder de loep nemen: de Operators kennen een leuke verandering, de nieuwe spelmodi, de vele maps en de wapens. De Operators, die voorheen nutteloze skins waren met daar een paar challenges aan gekoppeld, voegen nu iets toe. Elk van de 12 Operators heeft een voorkeurswapen dat extra XP krijgt als je met hem/haar speelt. Het principe dat je skins en ander esthetisch prul kan vrijspelen door middel van challenges is voor de rest wel hetzelfde gebleven, maar een extra motivatie om verschillende personages te kiezen is er nu wel, ook al is het subtiel. Een probleem waar we echter tegenaan lopen is dat alle Operators de geallieerde esthetiek hebben. Het was zeer fijn geweest als de vijand (nazi’s/Japanners) ook gewoon tot de keus behoorden met duidelijker kleuronderscheid. Vriend en vijand herkennen gaat nu namelijk wat moeilijker doordat iedereen qua uiterlijk dezelfde stijl heeft. Nu lijkt de multiplayer alsof de geallieerden in de speeltuin een agressief potje tikkertje aan het spelen zijn.

Qua spelmodi is er niet veel anders dan wat je kent. Er is echter wel een nieuwe onder de noemer ‘Patrol’. Een uiterst geslaagde modus, die te vergelijken valt met Hardpoint, alleen blijft dit punt op de map continu voortbewegen. Erg dynamisch en in de praktijk ook super leuk om te spelen. Champion Hill is een soort afvalrace, waarin je in korte speelrondes in een team van twee of drie zoveel mogelijk kills moet maken voor punten. Per ronde valt het team met de minste punten af, zodat je een laatst overgebleven winnaar hebt. Het is misschien minder geslaagd dan Gun Fight, maar het is weer eens wat anders. Een ander element wat een goede toevoeging is, zijn speelstijlen bij de matchmaking voor de reguliere modi. Je hebt de keuze uit Tactical, Assault en Blitz. Het duidt het tempo aan waarop je matches kunt spelen (trager met minder mensen tot chaos met heel veel spelers op het veld). Hoewel niet echt duidelijk is hoe de precieze indeling zich verhoudt, werkt het in de praktijk uitstekend.

Genoeg plezier online

We hebben het tot dusver nog amper over de wapens gehad, maar deze voelen fijn, klinken prima en we hebben tot zover een aardige balans geconstateerd, waardoor je met genoeg aan de slag kunt. Dit is natuurlijk altijd onderhevig aan veranderingen middels updates, maar spelen met de vele schietijzers is erg leuk. Dit komt onder andere doordat de feedback die je krijgt als je iemand neerschiet erg bevredigend aanvoelt. De gameplay is bovendien erg vergelijkbaar met die van Cold War (dit geldt ook voor de implementatie van de adaptieve triggers, die we gelijk hebben uitgezet), maar nu met een kleine beetje meer finesse. Aan de hele opzet/Gunsmith is ook niks nieuws, alleen heb je nu nog meer ruimte om attachments op je wapens te gooien. Dit riekt naar veel huiswerk en daarom snakken wij meer naar een versimpeld concept, waarin we minder hoeven te lezen en meer kunnen knallen. Gelukkig zit het dan weer snor met de vele maps die in de multiplayer zitten. Het overgrote deel weet ons zeer te behagen door het complexe en compacte design, en dat is dan ook het grootste pluspunt van de game. De maps hebben een lekkere flow, je komt altijd iemand tegen en qua spawnpoints hebben we maar weinig rare taferelen meegemaakt. Hier lijkt veel aandacht aan te zijn besteed, zeker omdat er ook gewoon erg veel maps beschikbaar zijn (16 stuks maar liefst).

Zombies….

Waar een stuk minder aandacht naar uitgegaan is, is de Zombies modus. Het concept uit Cold War is regelrecht overgenomen met een paar simpele en gemakkelijke aanpassingen. Je hebt in Der Anfang een hub die gesitueerd is op de multiplayer map ‘Red Star’, waarbij je gelijk alle upgrade stations bij elkaar hebt. Vanuit deze hub ga je via portalen naar levels toe dat weer hergebruikte levels uit de multiplayer of singleplayer zijn. In deze levels heb je bepaalde opdrachten om uit te voeren, zoals het lang uithouden tegen zombies of bepaalde pilaren vullen met relics, om zo weer terug geteleporteerd te worden naar de hub in Stalingrad, waardoor je een ronde verder kunt komen. Dat is in feite alles. Het is de meest karige Zombies modus die er is en het is bijna een spuug in het gezicht van de fans. Na een maand zou er meer content moeten komen, maar nu heb je daar helemaal niks aan. We stonden eigenlijk een beetje perplex van de karigheid en moesten zelfs onderzoek gaan doen of we niet iets gemist hebben. Helaas, binnen 5 rondes heb je alles wel gezien en je mag er zelf voor kiezen om tot ronde 100 te gaan. Dit dan zonder baasgevechten, complexe puzzels of andere originele elementen waar de Zombies modus juist zo om bekend staat.

Performance is miserabel

De singleplayer campagne wordt geteisterd door vooral oneffenheden op technisch vlak. Qua performance is de 4K@60fps totaal niet soepel en schommelen de frames behoorlijk. Zeker op drukke momenten neemt de framerate een duik. Het is gewoon niet zo smooth en het is daarom aan te raden om de 120Hz modus te gebruiken, mocht je dit kunnen inschakelen, maar hier komen we nog op terug. De hele technische ziel van de game is ondermaats. Eerder noemden we de lighting die niet echt indruk weet te maken, maar ook de textures zijn vaak erg inferieur in kwaliteit en resolutie. Sommige geluiden lijken er voor de show in verwerkt te zijn en je hebt meermaals last van freezes die 3 tot 4 seconden duren (tijdens het spelen en tijdens cutscenes). Ook heb je last van extreme depth of field; als je langs objecten loopt blurred alles om je heen wat voor een wazige presentatie zorgt. Het is absurd dat je dit niet in de singleplayer uit kan zetten. Gelukkig kan dit in de multiplayer en Zombies wel. Ook is het opvallend dat elke soort vegetatie in de game (sp/mp) niet alleen lelijk is, maar ook extreem statisch. Het is bijna juichen als je een struik ziet bewegen door de wind, en dat in 2021 op een PS5…

Maar ook de multiplayer heeft zijn gebreken, zoals schoonheidsfoutjes dat je XP niet altijd goed bijgehouden wordt, XP balkjes die te ver doorlopen en oneffenheden qua tekst. Dat kunnen we nog begrijpen en is niet al te heftig. Het is alleen dat de framerate zo ongelooflijk wankel is, zowel op 60fps als 120fps. Dit fluctueert simpelweg teveel en is erg onrustig voor het oog. In de 120fps modus hebben we last van, wat het lijkt, frame pacing issues, waardoor je een stotterende presentatie krijgt. Het is gewoon niet zo solide bij een verder prima spelende multiplayer game. Ook het geluid lijkt zijn eigen probleem te hebben. Hoewel alles wel gewoon prima werkt, zijn nog altijd de ontbrekende geluiden van de voetstappen (sinds de beta) niet opgelost. Zo lijkt iedereen nu Ghost als perk te hebben, terwijl dit niet zo is. Ook wil de adaptieve trigger hier en daar lichtelijk feedback geven, terwijl dit uitstaat. Het zijn onderaan de streep gewoon erg veel slordigheden en dat is jammer.

Gereviewed op: PlayStation 5.
Beschikbaar op:
PlayStation 4, Xbox One, Xbox Series X|S en pc.

Conclusie

Van de eerdere indrukwekkende beelden die we zagen in de preview, zien we nu dat de game een grandioze downgrade heeft ondergaan. Niet alleen in finesse, maar ook in graphics. Duidelijk is ook wel waarom. Er zijn naar verluidt een hoop problemen achter de schermen geweest bij de ontwikkeling en dat is duidelijk te merken in de game. De singleplayer campagne is een regelrechte technische zooi, waarbij het ook nog eens allesbehalve memorabel is. De presentatie van het verhaal heeft de overhand terwijl juist de focus op een actievolle ervaring hoort te liggen. De multiplayer is dan weer iets waar we behoorlijk goed mee vooruit kunnen en die zal ons voorlopig zoet kunnen houden. De maps zijn bij uitstek het meest geslaagde element in de game, wat ervoor zorgt dat elke modus in combinatie met de lekker aanvoelende wapens niet snel zal vervelen. Maar dan heb je Zombies nog, dat gewoon een mengelmoes is van hergebruikte onderdelen uit de rest van de game. Voor de gemiddelde shooterfan biedt Call of Duty: Vanguard als totaalpakket aardig wat content om te verslinden, maar in vergelijking met andere Call of Duty games is het voor de diehard fans hooguit leuk te noemen en in sommige gevallen een teleurstelling. We kijken in ieder geval al reikhalzend uit naar Modern Warfare 2, want Vanguard voelt als een soort intermezzo Call of Duty.

Pluspunten

  • Concept van singleplayer is leuk bedacht
  • Multiplayer vermaakt uiterst goed
  • Veel multiplayer maps die top zijn
  • Gameplay is prima
  • Kill feedback is zeer fijn

Minpunten

  • Uitwerking singleplayer is een ramp
  • Performance wankelt aan alle kanten
  • Technisch pakket is ondermaats
  • Zombies is slappe hap

6.0